Van Senegal weer naar huis

Hallo allemaal, dit blogbericht is nogal lang, dus ga er maar eens goed voor zitten. Veel leesplezier!

05-03-2024

We zijn in het zuiden van Senegal en het is weer heet vandaag, wel 41°C. Om 16.00 uur is het ‘t heetst van de dag. We zijn op de camping Casamance bij Ziguinchor en nemen een paar keer per dag een douche om af te koelen. Verder werken we de blog bij. Het ‘sneeuwt’ kapok. De zaden van de kapokbomen zijn open gesprongen en de inhoud wordt meegenomen door de bries om vele meters verder op de grond te landen. Kapokvezels zijn zeer zachte en luchtige vezels waardoor het geschikt is om te gebruiken als vulmateriaal voor hoofdkussens. Ina zweert bij een kussen van kapok. We eten in het restaurant samen met Markus die we hier ontmoeten. Hij rijdt op een motor en gaat nog verder naar Guinee-Bissau. Tijdens de maaltijd vertellen we elkaar bijzondere reisverhalen. Wie reist, kan verhalen.

06-03-2024

Over twee dagen is onze passavant voor de Toy verlopen en dan moet je met de auto Senegal verlaten. Of, zoals wij dat doen, aan de grens een nieuwe passavant kopen. Deze is eerst voor 10 dagen geldig, je laat het daarna afstempelen waardoor het document voor nog eens 15 dagen geldig is en tenslotte laat je het weer voor 15 dagen afstempelen waardoor je in totaal 40 dagen in Senegal kunt blijven met je auto. Samen met Markus rijden we naar de grens die 18 km ten zuiden van Ziguinchor ligt. Ook zijn passavant is over twee dagen verlopen. Markus heeft zijn motor op de camping gelaten. Eigenlijk wil de douane die zien en de nummerplaat checken. Logisch ook. “Alleen vandaag doe ik het zonder de motor te hebben gezien”, zegt hij. Binnen 15 minuten zijn we klaar. Kosten: slechts CFA 2500 (€ 3,75) per vervoersmiddel. Wat een verschil met de grensovergang in Rosso of Diama. Niks geen corru….! Op de camping proberen we ons zo min mogelijk te bewegen in verband met de hitte. Jammer dat het zwembad pas eind dit jaar klaar is. We komen de dag door met het heerlijke koele water van de douche en koele drankjes uit onze koelkast.

Camping Casamance in Ziguinchor

07-03-2024

De prachtige natuur van de Casamance gaan we verlaten. Pape, de eigenaar van ‘Campement Casamance’ vindt dat we moeten blijven. Omar zegt tegen zijn collega als grap dat hij de poort direct moet sluiten zodat we niet weg kunnen. Als het zwembad af is, zal hij ons een foto sturen en hoopt hij dat we terug komen, inshallah. We wensen Pape veel succes met de verdere verbouwing van het Campement. We rijden het pad op naar de hoofdweg, de N6 en slaan linksaf. Vanaf hier is het 430 km naar Tambacounda in het oosten waar we naar toe gaan en van daaruit naar het ‘Niokolo-Koba Nationaal Park’. Nee, dat doen we niet in één dag. Ten eerste lijkt ons de weg er naar toe te mooi om er met een noodgang doorheen te rijden. Ten tweede wordt het ’s middags te warm in de auto. We hebben geen airco en met de ramen open rijden, helpt slechts een klein deel tegen de hitte. De N6 is een goede asfaltweg zonder gaten en het deel tussen Ziguinchor en Tanaff is gefinancierd met geld van de Amerikaanse bevolking. We passeren ontzettend veel dorpen met vele hoge drempels,  waardoor het gemiddelde rijtempo maximaal 50 km/u is. Onderweg worden we één keer aangehouden door de gendarmerie. De man informeert ons dat hij van alle buitenlanders gegevens in een schrift noteert: het kenteken, rijbewijs, passavant, waar we vandaan komen en waar we naar toe gaan. Wij vinden het best. Ina zit achter het stuur. Volgens de man moet Jeroen rijden, want het passavant staat op zijn naam. “Onzin”, zeggen we tegen elkaar. Na een onderhoudend praatje rijden we door zonder te wisselen van plaats. De weg gaat behalve langs dorpen ook langs mangroven, rijstvelden, groentetuinen en langs een brandje. Af en toe zien we de rivier ‘De Casamance’ en we verbazen ons dat deze nog steeds zeer breed is. Na drie uur rijden wordt het tijd voor een bivak. We willen graag aan een zijarm van de rivier ‘De Casamance’ staan in de hoop op koelte van het water, maar dit is onmogelijk door de drooggevallen mangroven waar je echt niet doorheen kunt rijden. We zoeken verder, nemen een piste, komen langs een dorp en dan zien we een vennetje. Een perfecte plek. We staan iets van de piste af, aan het water, in de schaduw, in een koele bries met uitzicht op de vele vogels, ezels, geiten, koeien en wat huizen aan de overkant van het water. De herder komt langs met zijn koeien. “Kasumai?”, vragen we hem als hij ons groet. “Kasumai baré”, antwoordt hij al zwaaiend. We feliciteren elkaar met het mooie bivakplekje dat we bij toeval vinden.

Bivak aan een ‘rustig’ meertje!

Aan het eind van de middag willen we een douche nemen. Dat laat nog even op zich wachten, want we horen en zien vijf jongens ons naderen. Schoorvoetend komen de pubers dichterbij, niet wetend hoe wij zullen reageren. We begroeten hen vrolijk en ze lopen naar ons toe, geven ons een hand en stellen zich voor. Wat een voorbeeldig gedrag. Of we met hen op de foto willen. Wel ja, dat vinden we prima. Er volgt een uitgebreide fotoshoot in allerlei mogelijke combinaties: iedereen apart en alleen met Jeroen, iedereen apart en alleen met Ina, apart en alleen met Jeroen en Ina en daarna nog een paar varianten. Met vijf jongens kun je aardig wat combinaties maken. Blij met de foto’s lopen ze terug naar het dorp. “À demain!”, roepen ze een aantal keren. We stellen ons voor dat iedereen in het dorp ons nu kent van de foto’s. En ja hoor, een kwartier later arriveren wel 30 basisschoolleerlingen. Zij zijn minder schuw en lopen lachend recht op ons af. We zijn duidelijk de ‘talk of the town’. De jongens kijken nieuwsgierig naar Jeroen die met de compressor lucht in de buitendouche doet. Ina heeft vooral de meiden om zich heen hangen. Een aantal van hen houden haar stevig vast, geven haar knuffels en kusjes. Er zit geen greintje kwaad in deze meiden. Ook zij stellen zich voor en weer maken we foto’s. Het is een vrolijk tafereel. Na 20 minuten nemen ze afscheid van ons en roepen net als de pubers: “À demain!” “Wat een schatjes en hoe ontspannen zijn ze”, zeggen we tegen elkaar. Daarna kunnen we een douche nemen en eten we een heerlijk soepje à la Jérôme. Wat zullen we hier lekker slapen en morgenochtend vast en zeker worden gewekt door de vogels.

EPILOOG

Net als we de soep hebben opgeschept, zien we lampen van een zaklantaarn door de bomen schijnen en komt het licht onze kant op. Een man met een jonge knul staat voor ons. De man blijkt de chef van het dorp te zijn. Hij spreekt op een boze toon en houdt een onsamenhangend verhaal. We mogen hier niet kamperen, we hebben geen toestemming gevraagd, hij dreigt de Gendarmerie te bellen, maar we mogen toch wel kamperen voor € 15,00, wat belachelijk is voor een plek zonder voorzieningen. Hij kan niet uitleggen waarom we hier niet mogen staan en wij snappen niet waarom hij zo boos is en waarom we moeten betalen. Vervolgens zeggen we tegen hem dat het in heel Senegal voor zijn landgenoten nooit een probleem is als we wild kamperen. Eén van de bekendste dingen van Senegal is de gastvrijheid. De Senegalezen hebben hier een speciaal woord voor in hun lokale taal, het Wolof. Dit woord is “Teranga”. Dit betekent niet alleen gastvrijheid. Het betekent ook de solidariteit, tolerantie en respect die een gemeenschap jegens haar gastheren toont. We spreken hem erop aan en de man raakt hier lichtelijk van in de war. Het is al donker en we willen niet op zoek naar een andere bivak. We dingen af tot € 3,00 om van het gezeur af te komen en we kunnen blijven. Tevreden of niet, de chef loopt weg met het geld dat we hem geven. Inmiddels is de lol van deze bivak er voor Ina van af. Voortdurend scharrelen er mensen om ons heen door de struiken en dat voelt niet prettig. We besluiten om in te pakken en ergens in de stad een plek te zoeken. Jammer hoor. Op de doorgaande weg op de N6 staat een gendarmerie op wacht. Als we hem vragen of hij een slaapplaats voor ons weet, schijnt hij met zijn zaklamp naar de overkant en vraagt ons of dat een goede slaapplaats is. Wij vinden het prima. Er zal best veel verkeer langskomen, maar dat nemen we op de koop toe. Jeroen klapt de daktent open en zet de stoelen naast de auto. Ina loopt naar de man van de gendarmerie, bedankt hem voor zijn hulp en maakt nog een praatje. Laat in de nacht als het enigszins afkoelt, proberen we te slapen onder het wakend oog van de gendarmerie. We hebben ons nog nooit zo veilig gevoeld.

Bivak met bewaking door de Gendarmerie

08-03-2024 Vélingara

Uitslapen gaat niet lukken doordat het al gauw te warm wordt in de daktent en door al het verkeer dat voorbij rijdt. Jeroen koopt een stokbrood bij de bakker en we ontbijten naast de auto, ondertussen alle voorbijgaande wandelaars begroetend. Op tijd wakker worden heeft als voordeel dat we gemakkelijker aan de warmte kunnen wennen. Voor ons doen vertrekken we vroeg naar Vélingara. Zo komen we al dichter in de buurt van het Niokolo-Koba Park National. Onderweg zien we meer en meer dorpen met traditionele huizen. Het lijkt wel op verschillende campementjes. Een aantal ronde hutjes en ronde schuren met rieten daken staan bij elkaar binnen een omheining van stokken en gevlochten matten. De binnenplaatsjes zien er verzorgd uit. In Vélingara kamperen we bij Hotel Lew Lewal. We staan naast een grote boom met witte bloemen en vruchten die wat zurig smaken. De vruchten zijn helaas niet meer goed. In de dichtbegroeide kruin schuilt voortdurend een grote groep mussen die luid kwetteren. Snel zetten we de stoelen in de schaduw van de boom. De beste plek bij 42°C. De eigenaar Demembalo begroet ons vrolijk. We bewegen ons zo min mogelijk. ’s Avonds koelt het maar mondjesmaat af. Pffff!

Vélingara, hotel Lew Lewal

09-03-2024 Vélingara douanekantoor

We ontmoeten weinig Overlanders. Gisteren kwamen we Yolanda en Reto tegen, afkomstig uit Zwitserland die al twee jaar onderweg zijn. We hebben reistips aan elkaar doorgegeven en vanochtend rijden zij door naar de Casamance waar wij net vandaan komen. “Comment ça va? Bien dormi?”, vraagt de eigenaar Demembalo ons als we aan het ontbijt zitten. Hij is al lang wakker en heeft de jonge planten water gegeven. Je zou zeggen dat hij voor het gemak een tuinslang aan de kraan heeft bevestigd, echter in de hitte loopt hij met twee gevulde emmers met water van de kraan naar elke plant. Onvermoeibaar. We nodigen hem uit voor het ontbijt. Hij heeft al gegeten, maar hij wil best wel een kopje koffie. Eén van de medewerkers haalt een stoel voor hem. Ina maakt van de gelegenheid gebruik om hem te vragen hoe we onze simkaart kunnen opwaarderen omdat het tegoed nog maar voor twee dagen geldig is. Dit regelt hij vlotjes door een tegoed op zijn telefoon te kopen waarmee wij onze simkaart kunnen opwaarderen. Goed geregeld! Ondertussen geniet hij van de koffie en de koekjes die we erbij serveren. Belangstellend vraagt hij waar we naar toe gaan. Hierop antwoorden we dat we het Niokolo-Koba Nationaal Park willen bezoeken, maar eerst naar Tambacounda moeten om onze passavant te laten stempelen voor 15 dagen. “Dat kan hier in Vélingara ook hoor” en hij belt naar het douanekantoor. Verbaasd kijken Jeroen en Ina elkaar aan. “Kom, we gaan nu.  Ik breng jullie met mijn auto en daarna heb ik nog wat andere dingen te regelen. Zijn jullie klaar?” Nou, niet echt, maar we zeggen “ja” en drinken snel de nog hete koffie op. We stappen in zijn auto. Ina zit achterin. Demembalo zegt dat zij geen gordels hoeft te gebruiken, alleen als je voorin zit. Hij vertelt dat hij vaak in het buitenland komt, ook in Europa. Volgens hem zouden we het mooie en bergachtige Guinee-Conakry moeten bezoeken en hij laat ons al rijdend foto’s zien die hij op zijn telefoon heeft. Hij brengt ons regelrecht naar het douanekantoor waar de beambte al op ons wacht. De twee mannen kennen elkaar. De beambte wil het formulier stempelen, maar dan kijkt hij ons echter fronzend aan. Hij kijkt op de achterkant van het formulier en vraagt ons naar het eerste passavant. “Die is ingenomen toen we bij de grens onze tweede passavant hebben gekocht op 06-03-2024”, leggen we uit. We begrijpen niet wat het probleem is. Dan laat de beambte zien dat op de 2e passavant staat vermeld dat we die op 06-02-2024 hebben gekocht. Een foutje van de douane bij de grens. Op de achterkant staat de factuur met de juiste datum van aankoop. Met het gemak van een pen verbetert de man de datum op onze passavant door van de 2 een 3 te maken. Ook weer opgelost! We bedanken de douanebeambte hartelijk, stappen weer in de auto en we krijgen een citytour door Vélingara. Demembalo laat duidelijk zijn irritaties over Senegal merken en over de mensen die deelnemen aan het verkeer. “Het land gaat maar niet vooruit, omdat er geen regels zijn en de mensen zich niet aan de regels houden als die er wel zijn.” Wij denken dat de mentaliteit van de Senegalezen (en Afrikanen in het algemeen) nou eenmaal zo in elkaar zit; vrij en losjes leven. Gedragsverandering, wat op zich al voor ieder mens lastig is, kun je van de bevolking niet zomaar verwachten. Demembalo illustreert zijn irritaties aan de hand van de talloze voorbeelden die we op straat zien. Voor de winkels breiden de eigenaren hun zaak uit door de hele stoep te gebruiken. Daar is het niet voor bedoeld. Overigens lopen de meeste mensen op straat en nauwelijks op het trottoir, want trottoirs zijn er niet, of zijn kapot, of worden ingenomen door verkopers en winkeliers. Hierdoor ontstaat de levendige chaos die wij zo charmant vinden van Afrika. De mensen gebruiken geen helm als ze op een brommer rijden. Men maakt op straat een praatje en belemmert het doorgaande verkeer. Demembalo maakt zijn irritatie kenbaar aan jongelui die zittend op hun brommer een praatje met elkaar maken door naast hen stil te staan, hen te (her)opvoeden en te zeggen dat ze zich niet aan de verkeersregels houden. De reactie is ontwapenend. Ze glimlachen naar hem, groeten hem vrolijk, blijven op straat staan en socializen verder op hun manier. Hierop heeft Demembalo geen weerwoord en hij rijdt verder. “Ze doen maar wat en ze houden zich niet aan de regels!”, zegt hij geërgerd. Wij vertellen hem dat er in Nederland mensen zijn die vinden dat er juist te veel regels zijn en daarom zelfs naar het buitenland emigreren. Hij knikt bevestigend. “In Europa zijn te veel regels en in Afrika te weinig”, zegt hij en voegt er nog aan toe: “Helaas gaat ons land ook nog eens kapot aan de corruptie.” Ondertussen neemt Demembalo al rijdend de telefoon in zijn handen om iemand te bellen. We rijden langs zijn vriend waar hij naar binnen gaat. “Ik ben zo terug.” Hij parkeert zijn auto pal voor een kruispunt waar een zebrapad is. Jeroen en Ina vinden het een komische toestand en lachen er om. Hij heeft wel grotendeels gelijk, maar gedragsverandering ligt toch vooral bij anderen en niet bij hemzelf. Ach, heel herkenbaar, ook bij onszelf. We gaan terug naar het campement en brengen de rest van de dag door in de schaduw van de boom. ’s Avonds eten we een heerlijke dorade in het restaurant.

Campement Wassadou aan de rivier de Gambia

10 en 11-03-2024 Campement Wassadou

De laatste highlight van onze reis door Senegal gaan we bezoeken: het Parc National Niokolo-Koba, ook genoemd PNNK. Hoe meer we naar het oosten rijden, hoe heter het wordt. Niet gewoon warm, maar wel snikheet. Gisteren heeft Ina 1,5 liter frappuccino gemaakt als welkome afwisseling van al het water dat we drinken. Wat zijn we blij met een koelkast en vriezer. Volgens de weersvoorspelling wordt het aanstaande vrijdag maar liefst 46°C. Het is bijna niet voor te stellen. Nu al hebben we moeite met de hitte. Misschien is het beter om voor die tijd naar het noordwesten van Senegal te rijden richting de kust. Onderweg zien we weer één van de vele dagelijkse branden. We rijden over de rivier de Gambia en slaan vlak daarna rechtsaf, een piste op. Er is weinig variatie aan natuur op de N6, vandaar dat we een deel afsnijden en een piste nemen. Hier doet het ons veel meer denken aan West-Afrika met zijn kleine dorpen en traditionele ronde huizen met rieten daken in een savannelandschap. Campement Wassadou ligt net buiten het nationale park aan de rivier de Gambia. Als we er aankomen, worden we eerst naar de rivier geleid. In het groene water ligt een hippo met zijn twee jongen. Af en toe komen ze naar boven. Het is een prachtige plek. We zoeken een plekje voor de Toy uit, onder de kapokboom en naast Engelsen die met een vrachtwagen rondreizen. Verder zijn er geen toeristen. Vlak voordat we in het restaurant willen eten, arriveren de apen, die ze ‘singe vert’ noemen. In werkelijkheid zijn ze niet groen, wel bruingrijs. De apen zijn niet schuw, ze storen zich niet aan ons en ze laten zich gewillig fotograferen en filmen. ’s Avonds koelt het maar niet af. We blijven lang buiten zitten voordat we ons bed opzoeken.

Campement Wassadou

12 en 13-03-2024 Dar Salam / Campement Du Lion

Vannacht hebben we een paar keer de hippo’s gehoord. Wat een lawaai! Overigens zagen we gisteren van dichtbij dat er nog een familie Hippo in het water lag te spelen, vader, moeder en hun twee jongen. Een indrukwekkend gezicht. Het is tijd om het PNNK, Parc National Niokolo-Koba te bezoeken. Het park Niokolo-Koba is gelegen in Zuid-Oost Senegal tegen de grens met Guinee. Het omvat meer dan 900.000 hectare, ongeveer zo groot als een kwart van de oppervlakte van Nederland, waardoor het ‘t grootste aaneengesloten natuurreservaat van West-Afrika is. In 1954 werd het opgericht om de bedreigde fauna en flora te beschermen. Het park is UNESCO werelderfgoed. Na 20 km arriveren we bij de ingang van het park waar we de entree betalen. De gidsen hebben zich verzameld en zitten onder een boom te wachten op toeristen. Het is verplicht om een gids mee te nemen en om bij een lodge te overnachten in een huisje of in je eigen auto. Jeroen koopt tickets bij het loket. Genereus als ze zijn bieden ze hem een stoel aan pal voor het kleine luik. Het luik is gesloten en van buitenaf kijkt Jeroen in een spiegel. “Ik zit bij de kapper”, zegt hij lachend.  De aanwezige mannen lachen mee. Met entreekaarten en de gids Lasana rijden wij naar het ‘Campement Du Lion”. Lasana neemt plaats in onze auto. Hij zit in het gangpad op het opstapje waar we een kussen op hebben gelegd en vanwaar hij goed uitzicht heeft op de voorruit. “Het zit prima”, antwoordt hij als we hem vragen of de plaats ok is. De rit gaat over een hobbelige piste door het bos, door het open veld en drooggevallen beekjes en duurt bijna twee uur. We passeren het dorpje Badi, nu bestaand uit een paar vervallen stenen huisjes. De mensen die hier hebben gewoond, moesten op een plek buiten het park wonen en zij zijn verhuisd naar de doorgaande weg. “Het nieuwe dorp heeft dezelfde naam als het oorspronkelijke dorp Badi, zodat ze geen heimwee krijgen naar het oude dorp”, zegt Lasana.

Campement du Lion

Eindelijk bereiken we ‘Campement Du Lion’. Hier staan eenvoudige ronde hutjes om in te overnachten, wij slapen in onze daktent. Er is een toilet en douchen kan door te mandiën (water over je heen gieten met een bakje). Eenvoudig, doeltreffend en wij vinden het prima. We staan vlak bij de rivier de Gambia. “Het is zo heet”, zegt Jeroen, “ik neem een duik in de rivier.” “Non Non!!”, roept Lasana verschrikt. “Dat is verboden. Er zijn hier krokodillen.” Lasana spreekt met ons af om om 17.00 door een deel van het park te rijden. Dat is de tijd dat de dieren na hun siësta wakker worden en op zoek gaan naar eten en drinken. Terwijl we in de schaduw zitten, zegt Jeroen dat we visite hebben. Ina draait zich om en ziet een ‘singe vert’ de auto in gaan, een grijsbruin aapje. Hij is niet bang, vist een banenschil uit de prullenbak en loopt er rustig mee uit de auto. Hij laat zich niet afleiden door Ina die hem filmt. Als hij het lekkere deel aan de binnenkant van de schil op heeft, gooit hij de schil van zich af en voegt zich bij de groep apen. 

Campement du Lion, bezoek van een aapje

Het is tijd voor een ritje door het park. We hebben reviews van enkele bezoekers gelezen dat ze zeer teleurgesteld zijn, omdat ze geen enkel dier hebben gezien. Er stond niet bij vermeld in welke maand ze het park hebben bezocht. Wij bezoeken het in de droge tijd en dan zie je de dieren  bij de spaarzame plekken waar water is te vinden. We zijn het terrein van de lodge nog niet af of we zien een antilopesoort. Dat is nummer 1. Niet lang daarna zien we de nijlpaarden in de rivier de Gambia. En het gaat zo maar door. De variatie aan antilopensoorten is enorm, waardoor het voor ons interessant blijft om ze te zien. Soms lopen ze alleen, soms in een kudde en duiken ze ineens voor onze auto op. We zien ook veel vogels, wrattenzwijnen en eekhoorns. De tel van de dieren zijn we inmiddels kwijt. Als het bijna donker is, arriveren we weer bij de lodge. Jeroen veegt het rode zand van de Toy af. Sinds ruim een week een dagelijkse klus. Morgen vertrekken we om 07.00 uur. Geen probleem voor ons, want we zijn hier gekomen om wild te zien en dan moet je op tijd op.

Parc Niokolo-Koba

Die avond klinkt het oorverdovende gebrul van bavianen boven onze auto. Een grote groep zit in de bomen en springen behendig van boom naar boom. Ze komen met donderend geraas in de waaierpalmen terecht. Het is de eerste keer dat we van zo dichtbij bavianen in het wild zien. Ze zijn groot en ze hebben vervaarlijke slagtanden. Deze jongens moet je niet boos maken! Als ze uitgespeeld zijn, trekken ze tot onze opluchting weg naar een ander plekje in het bos. We gaan vroeg naar bed, ondanks dat het heel heet is en het ’s avonds en ’s nachts nauwelijks afkoelt. Gelukkig hebben we een ventilator en vallen we uiteindelijk in slaap. Het is nog donker als we wakker worden. Vannacht waren de bavianen flink bezig met lawaai te maken boven onze Toy. Klaarblijkelijk zijn ze terug gekomen en in de ochtendschemer zien we hun silhouetten van boom naar boom springen, net zoals de grijsbruine apen die in de bomen ernaast hun speelterrein hebben. Wat een fantastisch schouwspel. We raken niet uitgekeken. Lasana begroet ons en we stappen in de Toy op zoek naar wilde dieren. We hoeven niet lang te zoeken. Ze lopen in het bos en we zien ze bij de plek waar water is. Bij een zijarm van de rivier de Gambia zien we een krokodil in het water. Lasana neemt ons mee naar een hangbrug waar we slechts tot het midden kunnen lopen. Het tweede deel  van de hangbrug is onveilig, omdat de spijlen aan de zijkant zijn gebroken. Het loopvlak van planken wiebelt enorm en dat gecombineerd met de hoogtevrees van Ina, maakt dit uitstapje tot een spannend moment. Jeroen filmt en als Ina weer veilig terug is, zegt ze lachend opgelucht: “Gehaald!”

Parc Niokolo-Koba

Bij de rivier de Gambia is een overgang gemaakt waar auto’s de overkant kunnen bereiken, de Gué de Damantan. De brug bestaat voornamelijk uit stammen van palmbomen en uit lavastenen die van elders naar het park zijn getransporteerd. De draagkracht van het geheel is op z’n zachts gezegd twijfelachtig. We zien op een paal het waterpeilniveau dat kan worden bereikt. In de regentijd kan het water gemakkelijk 5 tot 10 meter stijgen. Het is bijna niet voor te stellen dat het water in de brede rivier van oever tot oever zo hoog zal komen. In de buurt van de lodge zijn verschillende waterplassen (mare) die we bekijken: Mare Dalafourounte, Mare Woeni en Mare Kountadala. In de regentijd staan ze vol met water. Bij Mare Kountadala is het een komen en gaan van allerlei soorten dieren die we goed kunnen spotten vanuit de door het park aangelegde spotplekken. Met onze verrekijker kunnen we ook de dieren zien die ver bij ons vandaan zijn. We zien zelfs weer een groep bavianen in de verte. Alle dieren grazen en drinken op een vredige manier naast elkaar. En wat daarbij opvalt: soort zoekt soort. Tegen 4 uur ’s middags rijden we het park uit via dezelfde hobbelige piste. We zijn niet lang in het park gebleven, maar we hebben veel dieren en vogels gezien en een goede indruk gekregen van het prachtige park. Onderweg krijgen we nog een toegift van vele dieren die zich laten zien, waaronder de familie wrattenzwijn, een grote groep bavianen en verschillende antilopensoorten. Net voor sluitingstijd bereiken we de uitgang. We nemen afscheid van Lasana en bedanken hem hartelijk voor het gidsen en zijn uitleg over alle diersoorten.

Gué de Damantan in parc Niokolo-Koba

Het is niet lang rijden naar Tambacounda waar we willen slapen in Hotel Oasis. De Toy is aan de buitenkant en binnenkant vol met zand en rood fijnstof en heeft een grondige schoonmaakbeurt nodig. Daar beginnen we nu niet aan, zeker niet in deze extreme hitte en we snakken naar een douche. Voordat het donker wordt, komen we bij het hotel aan. Jeroen neemt een duik in het zwembad en daarna een douche. Vannacht slapen we luxe met airco en in een kingsize bed. Wat een groot bed in vergelijking met ons 1.10 brede bed in onze daktent!

14-03-2024 Touba en Louga

Onderweg naar de grens met Mauritanië

We hebben heerlijk geslapen en beginnen de dag met een ontbijtje aan het zwembad. Het is lang rijden naar de grens van Mauritanië en daarom doen we het in delen. De eerste overnachting is in Touba, weer in een hotel. De hotelovernachting is ons zo goed bevallen dat we besluiten nog een nacht in een hotel te slapen. We komen in de grote stad aan en we rijden naar het hotel die niet blijkt te bestaan. Touba komt op ons over als een drukke stad waar mensen behoorlijk gestrest en geïrriteerd zijn. We zien twee keer dat mannen boos worden en zelfs met elkaar vechten. Dit hebben we in Senegal nog niet eerder meegemaakt. Omdat er geen hotel is, rijden we door naar Louga. Louga is kleiner dan de stad Touba en de sfeer voelt goed. We vinden zonder problemen Hotel Casa Italia. Nee, geen Italiaanse eigenaren, wel gebouwd in Italiaanse sferen. We zijn moe en bezweet van de lange reis. De douche frist ons op, we eten in het restaurant, gaan terug naar de kamer en we vallen als een blok in slaap.

15-03-2024 Zebrabar

Na het ontbijt pakken we ons boeltje en maken eerst extra  kopieën van de fiches (hèt belangrijke papiertje met persoonlijke gegevens) die in Mauritanië onderweg bij de controles (24 keer!) worden gevraagd. Daarna laten we de auto wassen. Die ziet er niet uit en de deuren zijn te vies geworden om aan te pakken. Het ritje van vandaag naar camping Zebrabar duurt slechts een uur. Het lusje Senegal en Gambia is rond. Onze reis door Senegal was prachtig. We hebben genoten van de aardige bevolking, de vaartochten met de piroque door de mangroven, het feest in de Casamance en het natuurpark Niokolo-Koba. De politie- en gendarmeriecontroles verliepen soepeltjes en we hoefden geen beroep te doen op onze politievriend Gallo. Morgen gaan we naar de grens met Mauritanië.

16-03-2024 Nouakchott

De douaneformaliteiten bij de grens van Senegal-Mauritanië verlopen tot onze verbazing vlekkeloos en vlot, wel binnen 1 uur. We worden vriendelijk geholpen en de beambten wijzen ons de weg van het ene naar de andere kamertje/loket. Vol goede moed over deze meevaller rijden we 40 km over de zeer slechte zandpiste waar we bijna 2 uur over doen. Onderweg betalen we weer een ticket voor het doorkruisen van het natuurpark. De boswachter herkent ons van de heenreis en wij hem en we kletsen even gezellig bij. Leuk hoor. Via een asfaltweg gaat de route verder naar de camping in Nouakchott. Nog eens ruim twee uur. Mauritanië is niets veranderd sinds we er zijn vertrokken. Het is hèt land van het rijdende autokerkhof en de irritante vliegen, muggen en zwerfvuil. Voor de rest is Mauritanië prachtig.

17-03-2024 Nouadhibou

Het plan is om in enkele dagen over de piste van de oude Dakarroute naar Nouadhibou te rijden. Als we de weg oprijden, zien we de grauwe lucht en het waait enorm. Het scherpe Saharazand snijdt in onze gezichten. We zien af van het plan en we rijden rechtstreeks naar Nouadhibou. Het is bijzonder om in korte tijd het landschap te zien veranderen en daarmee de temperatuurverschillen te voelen: van het tropisch savanneklimaat in het zuidelijk deel van Senegal naar het steppeklimaat in centraal Senegal, dat vervolgens overgaat naar een warm woestijnklimaat in het noorden van Senegal. Het zuidoosten van Mauritanië valt binnen de Sahel en de noordelijke helft van Mauritanië ligt in de Sahara. Wij voelen tijdens het eerste deel van de rit vooral de droge warmte met hoge temperaturen. We vervolgen onze weg en ondergaan lijdzaam de hoge temperaturen. Plotseling knipperen af en toe tegelijk vijf waarschuwingslampjes op het dasboard: Tbelt, oliepeil,  handrem, brandstoffilter en accu. Dat is een rare combinatie en we vragen ons af wat er aan de hand kan zijn, temeer omdat we tijdens het rijden niets aan de Toy merken. We stoppen en Jeroen vult olie bij in het reservoir. Terwijl hij dat doet, komt een Marokkaan aangelopen. Zijn auto staat verderop met een lekke band. Jeroen heeft er het juiste gereedschap voor en biedt hulp. Ina zet intussen een gevarendriehoek neer. Alle wielmoeren komen los, maar één moer spoelt door en daardoor kan de autoband er niet af. De chauffeur bedankt ons vriendelijk voor onze hulp en hij rijdt met de lekke band langzaam door, in de hoop dat de moer los komt of dat de bout afbreekt. Wij vervolgen onze weg naar ‘Auberge des Dauphins’ waar we kunnen kamperen. We mandiën met koud water wat even wennen is. ’s Avonds koelt het af naar 22°C en de wind steekt op. Oef!! Wat koud!! Buiten zitten is voor ons vanwege de koude straffe wind niet te doen, dus bivakkeren we prinsheerlijk en gezellig in onze Toy.

Vlot over asfalt door Mauritanië

18-03-2024 Nouadhibou

Jeroen heeft onze garage in Harderwijk gemaild en gevraagd wat er aan de hand kan zijn, gezien de storingsmelding van de 5 dashboardlampjes. De storing komt waarschijnlijk uit de dynamo. Als deze stuk is branden al die lampjes, dus waarschijnlijk is deze aan het stuk gaan. De dynamo is nog nooit vervangen en deze diagnose op afstand zou heel goed mogelijk kunnen zijn. Een Mauritaanse gids die toevallig aanwezig is, belt zijn vriend die op het vliegveld werkt en machines onderhoudt. Als we hem ontmoeten, constateert hij een soort ratel als de motor wordt gestart. Dat hadden wij ook al gemerkt; soms slaat de motor niet aan en horen we een gierende startmotor. Hij adviseert de brandstoffilter te vervangen en naar Marokko te rijden voor verdere diagnose en reparatie van de startmotor, omdat men in Mauritanië de onderdelen niet altijd heeft en een eventuele bestelling enige dagen of weken kan duren. Wij volgen zijn advies op. De brandstoffilter heeft Jeroen destijds in Atar gekocht op aanraden van Christophe en Jimmy waarmee we samen hebben gereisd. De filter blijkt nog schoon, maar Jeroen laat het toch wel vervangen. We hopen erop dat we Guelmim in Marokko zonder problemen zullen bereiken, inshallah. Daar heeft Jeroen een garage gevonden van de Marokkaan Adil die in Zwitserland heeft gewerkt. Op zijn website lezen we goede recensies over hem. We gaan het beleven….

19-03-2024 Marokko, Boujdour

Voordat de wekker afgaat, worden we wakker. We willen om 9 uur bij de Mauritaanse-Marokkaanse grens staan, zodat we voldoende tijd hebben om de afstand van 685 km naar Boujdour te rijden en voor het donker aan te komen. Het ontbijt slaan we gemakshalve over. Dat doen we onderweg wel. Ondanks dat we gisteren hebben gemandied, voelen onze lijven plakkerig. De daktent en handdoeken in de auto zijn klam van het zeevocht. We kijken nu al uit naar de volgende douche. De douaneformaliteiten aan beide grenzen bij Poste Frontière El Guerguarate gaan vlot in tegenstelling tot de vorige keer toen we er 5 uur over deden. Iedereen is ontspannen en aardig. De politieofficier verklaart dat het de vorige keer zo hectisch was, omdat er veel auto’s en vrachtwagens waren en het scanapparaat functioneerde niet. Na 2 uur rijden we Marokko in. De asfaltweg is prima, vanaf Dakhla is het deels opnieuw geasfalteerd en verbreed, waardoor we lekker kunnen doorrijden. Er staat een keiharde wind die vanuit het oosten en later vanuit het noordwesten waait. Rijden door de West-Sahara is lang en het landschap eentonig. Op bepaalde delen is het zelfs zo plat als een dubbeltje en noemen we het ‘het polderzandschap’. We rijden met een gangetje van 90 km/u en worden dan aangehouden door de politie. Ze hebben met een camera een snelheidsovertreding geconstateerd: 94 km/u terwijl slechts 80 km/u is toegestaan. We hebben het verkeersbord gemist en gingen ervan uit dat het gewoon 100 km/u was, zoals het hele traject. Jeroen is een beetje pissed-off, want waarom moet op deze plek nou opeens 80 km/u gelden? Er is niets veranderd aan het landschap, links en rechts een kale zanderige vlakte. Discussiëren is uiteraard zinloos en Jeroen krijgt nog een bemoedigend schouderklopje van de nog jonge agent. “Je had m’n zoon kunnen zijn”, pruttelt Jeroen nog wat na. De schade is 150 Dh (€ 15,-). “Sneu geld”, zegt Ina, “Dat zijn heel wat kopjes nos-nos”. Voor het donker bereiken we Camping Sahara Line in Boujdour. Hier hebben we ook op de heenweg gestaan. Er staat nog steeds een harde wind en we parkeren de Toy achter een gebouwtje. Het kan hier aangenaam weer zijn, maar we zitten in de woestijn: het kan er dooien of vriezen!

20-03-2024 Akhfennir, Oum Fatma

De lange rit van de grens van Marokko door de Westelijke Sahara duurt een eeuwigheid. We kiezen ervoor om er zo snel mogelijk doorheen te rijden. Vandaag wordt het een reis van 4,5 uur. Nog steeds waait het behoorlijk hard en komt de wind recht op ons af. Het zand vliegt in vlagen over de weg. Soms horen we getik tegen de voorruit alsof het regent, maar het is zeer fijn woestijnzand. Ook wervelt het zand omhoog, zodat we regelmatig door een soort mist van zand rijden. Die wind staat hier regelmatig, hetgeen goed is voor de vele  windmolens. De reis gaat voorspoedig en we bereiken Oum Fatma waar we vannacht slapen. Vorig jaar stonden we hier een paar dagen. Het is een prachtige plek boven op een klif. Onder ons zien we de lagune. We wandelen naar de klif die uitkijkt op zee. Nogmaals maken we foto’s en een filmpje, omdat we maar niet genoeg krijgen van dit natuurschoon.

Oum Fatma ten zuiden van Tan Tan

21-03-2024 Guelmim

We zijn bij Garage Otto’s Premier Choix in Guelmim gearriveerd. De eigenaar Adil Barghaz heeft in Zwitserland gewerkt en spreekt Engels en Duits. De reviews op zijn website zijn goed. We maken kennis met hem en het valt ons direct op dat de garage er netjes en opgeruimd uitziet. Adil heeft een kordate Europese werkmentaliteit: vraagt Jeroen naar het probleem, geeft instructies en zijn team gaat direct aan het werk. We ontmoeten een Duits stel met een Iveco Daily 4×4 uit de eerste serie en die weegt nog onder de 3,5 ton. Leuke camper. We praten met Ralf die vroeger heeft gewerkt als motor-engineer. Voor het geval er iets mis zou zijn met de turbo geeft hij een adres van zijn vriend in Saarbrücken die in hetzelfde wereldje werkt, ‘Loeffel Motors’, Allrad-und Offroadspezialist (te vinden op Facebook voor onze lezers met 4×4 terreinwagen). Hij heeft een grote expertise waar we wellicht beter terecht kunnen als er iets complex met de turbo aan de hand is. Het Duitse stel vertrekt naar een camping in een oase waar we ook het adres van krijgen. Aardig! Voor sluitingstijd zijn er een aantal werkzaamheden gedaan: een kleine beurt (vervangen van olie, oliefilter, luchtfilter en brandstoffilter). De luchtfilter zat boordevol met zand. Morgenochtend komen we terug voor verder onderzoek naar de flikkerende waarschuwingslampjes en de startmotor. We besluiten om naar de camping te gaan in de oase van Asrir waar het Duitse stel ook is. De foto’s op internet zien er mooi uit. We gaan op weg naar ‘Camping Auberge Aain Nakhla’. Zodra we Guelmim uitrijden, doemen de heuvels op met zijn karakteristieke reliëfs die prachtig belicht worden door de namiddagzon. Het is een plaatje. De woestijn lijkt al weer lang geleden. We merken meteen dat de Toy weer goed loopt en veel power heeft als hij een heuvel oprijdt. Op de camping staan we onder de grote palmen. We trakteren we onszelf op een tajine. Heerlijk! Daarna worden we uitgenodigd voor thee en muziek bij het kampvuur. Jaja, het koelt behoorlijk af en we kleden ons met lange broeken en jassen. Het is slechts 15°C. Slapen doen we ook weer onder onze warme dromedarisdeken.

22-03-2024 Guelmim  

Het is vrijdag, couscousdag, zeggen ze in Marokko. Nu niet overdag, want sinds 11 maart is de vastenmaand voor de Islamieten begonnen en dat duurt tot 10 april. We merken het gebeuren rond de Ramadan goed. De meeste winkels gaan laat in de middag pas open en dan begint het te leven op straat. Helaas zijn de cafés overdag gesloten. Jammer voor ons, want we hebben onderweg altijd zo’n zin in een bakkie nos-nos. Om even na 9 uur staan we bij de garage. We worden vriendelijk begroet door het personeel. Het team gaat onderzoeken waarom soms de vijf waarschuwingslampjes tegelijkertijd gaan flikkeren. Daarna kijken ze naar de startmotor. Het is ongeveer 6 keer gebeurd dat de motor de eerste keer niet startte, daarna startte die probleemloos. Tot laat in de middag zijn we in de garage en houden ze Jeroen op de hoogte. Uiteindelijk brengen ze ons het goede nieuws: de startmotor is gereviseerd en de storing van de waarschuwingslampjes duidt niet op iets ernstigs. Het zijn de lampjes die schijnen als je de sleutel contact laat maken. Ergens is er een draadje wat soms niet goed vast zit. Lastig te vinden als de storing zich op dat moment niet manifesteert. De dynamo doet het in ieder geval prima. In de grote supermarkt van de Marjane waar de meeste producten uit Frankrijk worden geïmporteerd, doen we boodschappen die in de kleine winkeltjes niet te verkrijgen zijn. Bij de kassa worden we door vier Marokkaanse jonge vrouwen aangesproken in het Nederlands. “Is die auto die op de parkeerplaats staat van jullie? Hij is zo mooi. We hebben onze auto ernaast geparkeerd.” Ze vertellen dat ze in Heerlen wonen en nu in Marokko zijn. Hun vader is in Nederland overleden en wilde in Marokko worden begraven. Dat is wel ver weg van zijn familie die in Nederland woont, maar dichtbij de Marokkaanse familie. Ina herkent het verhaal maar al te goed van haar Molukse familie, ze krijgt terstond een brok in de keel en moet een traantje wegpinken. Daarop krijgt ze spontaan een ‘big hug’. Buiten op de parkeerplaats bewonderen ze onze Dinky Toy en maken ze foto’s. Ze vertellen waar hun familie in Marokko vandaan komt. Interessant om te horen, mede omdat wij deze plaatsen ooit bezocht hebben. Dan komt een Marokkaanse man op ons aflopen om honing en arganolie te verkopen. De olie vinden we te duur. In rap Marokkaans begint één van de vrouwen te onderhandelen en krijgt ze het voor de prijs die ze ervoor wil betalen. Heerlijk om je brood in te dopen. Helaas heeft de man nog maar één fles en zonder bedenken deelt ze de olie met ons. Wat een lieve vrouwen. We rijden terug naar de camping, geheel tevreden over het werk wat de garage heeft gedaan en om zulke lieve vrouwen te hebben ontmoet.

Camping Aain Nakhla bij Guelmim

23 tot 26-03-2024 Guelmim

Na deze zomer gaan we onze Dinky Toy verkopen en verruilen voor een Toyota pick-up met een cabine erop. We zijn dol op onze betrouwbare Dinky Toy, maar een Toyota met cabine geeft ons nèt iets meer voordelen en comfort: iets meer ruimte, beter bestand tegen lage temperaturen, een douche in de auto en daardoor kunnen we in de toekomst reizen maken naar koudere oorden. De Toy is prima in orde en Jeroen wil hem nog laten overspuiten, zodat de nieuwe kopers eigenaren worden van een tiptop Toyota. Door al het gereis is er schade door steenslag ontstaan op de lak en is de Toy aan een spuitbeurt toe. De eigenaar van de camping heeft een vriend die spuiter is en vakkundig werk aflevert. Hij belt naar hem die zegt dat we morgenochtend langs kunnen komen. Op zondag? Ja hoor, geen probleem. We rijden met de eigenaar naar zijn vriend om te informeren of hij de auto kan spuiten, hoe lang het gaat duren en wat het gaat kosten. Al gauw doet Jeroen zaken met hem. Hij gaat alle roestplekken behandelen, deukjes wegwerken, de hele auto spuiten in de originele kleur en ook de achterbumper en reservetank zwart spuiten. En dat in 5 werkdagen voor € 600,-. Woensdag kan hij beginnen en zondag is het klaar, inshallah. De komende 3 nachten slapen we in onze Toy en daarna nemen we een kamer bij de camping/auberge. Goed geregeld!

27 maart tot 01-04-2024 Asrir, camping Aain Nakhla

De afgelopen dagen was het voor ons wachten op vandaag om de auto naar de spuiterij van Hassan te brengen. We hebben de auto van binnen schoongemaakt. Dat wil zeggen: het Saharazand zoveel mogelijk verwijderd, omdat we denken dat we niet meer over pistes gaan rijden. De kamer is voor ons comfortabel in vergelijking met de Dinky Toy. Hier houden we het de komende dagen wel uit. We rijden naar Hassan die ons al opwacht. Hij spreekt nauwelijks Frans. Hij weet precies wat hij moet doen, want afgelopen zondag heeft de eigenaar van de auberge de werkzaamheden voor hem vertaald. Hassan snapt ook meteen dat hij de zonnepanelen op het dak moet afplakken. We zullen een taxi terug nemen, maar eerst wandelen we naar de grote rotonde midden in het centrum. We hebben zin in koffie, maar zoals we al zeiden, het is ramadan en alle cafés zijn op dit tijdstip gesloten. Onderweg ziet Ina op straat een koffieautomaat. “Kijk!”, zegt ze tegen Jeroen, “voor 4 dirham kun je hier koffie kopen.” Jeroen bedenkt zich geen twee keer, vist een munt van 5 dirham uit de portemonnee, stopt het muntstuk in het apparaat en kiest zijn koffie uit. Hij hoopt dat de machine wisselgeld geeft en anders is het ook best. Ina heeft niet veel vertrouwen in de koffiemachine. “Wie onderhoudt deze machine in de ramadantijd?”, vraagt ze met enig wantrouwen aan Jeroen. Echter, er is geen weg meer terug en Jeroen wacht smachtend op zijn koffie. “Zie je nou wel!”, roept Ina. De koffie stroomt uit het slangetje, maar er zit geen bekertje onder. Jeroen is zeer teleurgesteld, behalve dan dat hij wel 1 dirham, 10 cent heeft teruggekregen. We zoeken een hotel op in de hoop dat ze voor buitenlandse gasten in de lobby wel koffie serveren, maar dit levert geen resultaat op. Dan maar naar de bakker die 24 uur per dag open is, iets lekkers kopen en bij de auberge eten als troost met een eigen gemaakt bakje koffie. We verheugen ons er nu al op. We houden een kleine rode taxi aan, maar hij verwijst ons naar de grote taxistandplaats. Rode taxi’s rijden alleen in de stad Guelmim. “Dat hadden we kunnen weten”, zegt Jeroen die zich herinnert hoe het openbaar vervoer in Marokko werkt. Buiten de steden rijden de zogenaamde ‘taxis longue’, voor streekvervoer. Als we langs de markt lopen, kopen we nog wat fruit en groente. We vinden het altijd een genot om over de markt te slenteren. Er valt van alles te zien. En zo ook op straat. In korte tijd zijn er in het staatbeeld dingen veranderd, maar ook gelijk gebleven.

De dagmarkt van Guelmim en de standplaats voor de Taxis Longue

Toen wij in 2005 Guelmim voor het eerst bezochten, waren er nog weinig of geen trottoirs, bevond zich veel zand op straat en de stad zat vol zwerfafval. We aten bij een restaurantje op straat heerlijke saté en we zaten op een gammel bankje in een tent, omdat het koud was en wat motregende. Nu zien we schone straten met trottoirs en nauwelijks afval. De restaurants hebben een keurig terras met mooi gedekte tafels. Het ziet er verzorgd uit. Het valt ons op dat er veel minder oude Defenders rijden en in het algemeen zien we relatief betere en nieuwere auto’s. Wat niet is veranderd zijn de nog steeds aanwezige hand- en ezelskarren, de vriendelijke en behulpzame Marokkanen en de heerlijke saté (als het geen Ramadan is). Bij de grote taxistandplaats staan veel witte auto’s te wachten op klanten. Er zijn verschillende beheerders die de klanten naar de juiste taxi verwijzen, afhankelijk van waar ze naar toe willen. Wij willen naar Asrir en de beheerder kent de Auberge. Het kost per persoon 8 dirham, 80 cent voor 20 km. “We zullen moeten wachten totdat de taxi vol is”, zegt Jeroen tegen Ina. Dan duurt het nog langer voordat we aan de koffie zitten. “Ach, we betalen wel voor die onzichtbare klanten”, zegt Ina gedecideerd. “Moet kunnen.” Natuurlijk kan dat, als je maar geld hebt. De taxi gaat pas rijden met 4 personen laat de beheerder weten. We betalen dus 32 dirham, maar dat is alleen tot de doorgaande weg. Het deel over de piste moeten we lopen. Dat kost ons zeker nog een half uur. Dat willen we als verwende toeristen niet en dus rekent de beheerder uit hoeveel we moeten betalen voor 4 personen tot de deur van de Auberge. Dat is een moeilijke opgave voor de niet Frans sprekende beheerder en hij pakt Ina’s mobiel om het uit te rekenen. Hij komt er niet uit. Een behulpzame Marokkaan die wel Frans spreekt, rekent de som uit. Uiteindelijk betalen we 68 dirham aan de beheerder en de chauffeur zet ons af voor de Auberge. Tijd voor koffie met iets lekkers, eindelijk! Wat hebben we daar ‘onmeunig’ veel zin in! (p.s. ‘onmeunig’ is Drents.) We verblijven de komende dagen op de camping in een kamer met ontbijt en diner. Heerlijk luxe. Overdag zitten we in de tuin of we maken een wandeling.

Wandelen bij de camping

02-04-2024 Guelmim

We worden op onze laatste avond uitgenodigd om mee te eten met Salah, Ahmed en een aantal vrienden en familieleden in de tent op het terrein. Op kleden en kussens zitten we rond de lage tafels die helemaal vol staan met allerlei gerechten. Ina is uiteraard de enige vrouw in het gezelschap. De gasten hebben zoete broodjes en verse vruchtensappen meegenomen. Regelmatig worden tussen het eten door gebeden opgezegd. Vooral de buurman van Ina prijst Allah bij elke hap die hij neemt. We vragen volop over de beleving van de Ramadan en het wordt ons duidelijk dat het vasten een sterk emotionele en persoonlijke ervaring is. Het feit dat iedereen meedoet, werkt sociaal bindend. Mooi hoor. Op een gegeven moment zijn wij nog de enigen die in de tent zitten, omdat iedereen steeds opstaat, wegloopt, gaat bellen, of wat dan ook. We besluiten om dan maar naar onze kamer te gaan, maar dan worden we staande gehouden door Salah die zegt dat we nog niet weg mogen, want er komt nog vlees aan. Hij neemt ons mee naar de barbecue waar Ahmed spiesen met kamelenvlees staat te grillen. Dat ruikt heerlijk! Jeroen ontfermt zich over de vleesspiesen zodat Salah en Ahmed weer naar de tent kunnen. We kletsen wat met de zoon van 24 jaar van Salah en proeven voor het eerst van het kamelenvlees. Het is erg smakelijke biefstuk! Al met al een bijzondere avond. De volgende dag is het een spannende dag voor ons. De roestplekken van de Toy zijn behandeld, hij is overgespoten en natuurlijk zijn we benieuwd naar het resultaat. Jeroen haalt de auto op met Salah en Ina wacht bij de camping tot hij terugkomt. Na een uur hoort ze het bekende Toygeluid en ze ziet Jeroen de camping oprijden. De Dinky Toy schittert haar tegemoet en ziet er als nieuw uit. Wat is hij mooi! We zijn blij dat we besloten hebben om dit te laten doen in Marokko. Het is misschien niet gespoten volgens Europese maatstaven, maar alle roestplekken zijn behandeld en de auto zit bijzonder goed in de lak. We vinden het gedane werk afdoende voor ons gebruik van de auto en waarvoor de 4×4 ook bedoeld is. Ongetwijfeld en onvermijdelijk zullen er weer krassen op komen. Een groot voordeel is dat het veel goedkoper is om dit in Marokko te laten doen. Het is tijd om afscheid te nemen van Salah en Ahmed. We bedanken Salah voor zijn goede zorgen, voor het adres van zijn vriend die de auto heeft overgespoten en dat hij bereid was om ons een paar keer naar Guelmim te rijden. Zijn auberge Aain Nakhla is een prachtige en rustige plek in de oase. Hij heeft een restaurant, je kunt er aangenaam in de mooie tuin zitten, wandelingen maken en bij het kampvuur zitten en de vrolijke Salah organiseert trips met een 4×4 naar interessante plekken in de omgeving. Neem een kijkje op de website: http://www.aainnakhla.jimdo.com De altijd goedgemutste Ahmed heeft met zorg ons ontbijt en diner klaargemaakt. We hebben interessante gesprekken met hem gevoerd over zijn toekomstplannen. Hij is nog jong, heel realistisch, goed opgeleid en we zijn ervan overtuigd dat hij zijn plannen weloverwogen ten uitvoer zal gaan brengen. Hij weet goed wat hij wil: eerst een jaar met de motor door Afrika reizen en daarna een stuk land kopen bij Rosso in Mauritanië en het bewerken tot een ecologisch landbouwproject.

De Dinky Toy bij spuiter Hassan

De Dinky Toy is weer ingepakt en we zijn klaar om te vertrekken. Waar naar toe? Tja, dat vroegen we ons de afgelopen dagen ook af. Weer naar het door ons geliefde Tata, of offroaden door de woestijn, of routes verkennen waar we nog niet hebben gereden? We besluiten het laatste te doen en we rijden naar Tafraout. De prachtige bergomgeving kennen we, de route die we willen nemen nog niet en die is door de Anti-Atlas ongekend mooi. En inderdaad, we genieten volop van de ruim vier uur durende rit door het berglandschap met zijn karakteristieke vormen en kleuren. De weg wordt flink onder handen genomen door de bouw van bruggen over de talloze oueds. Vanuit het zuiden rijden we Tafraout binnen. “Joh” zegt Jeroen plotseling. “Hier hebben we in 2020 gefietst. Ik herken het”. We herinneren ons dat er vlak voor de stad een plaats is waar je vrij mag kamperen, maar op die plek zien we geen enkele camper of 4×4. Even verderop zien we aan de andere kant van de weg een bordje waarop staat `camping` en veel campers op een heel groot glooiend terrein staan. We rijden het terrein op, passeren alle vakantiegangers en vinden een plekje aan de rand met uitzicht op de bergen van roze graniet. Perfect! Een man op een brommertje komt ’s avonds aanrijden om het stageld te innen. Jeroen doet een graai in de portemonnee, haalt er 15 dirham uit, (€ 1,50) en krijgt keurig een bonnetje terug. De ondergaande zon zorgt voor een mooi schouwspel en verkleurt de bergen in diverse tinten. Er is geen wind, de temperatuur is aangenaam en er zijn geen vliegen of muggen. Na weken kunnen we weer eindelijk ongestoord lang buiten zitten.

‘Camping’ bij Tafraout

03-04-2024 Tafraout

8.00 uur. Oef!! De zonnestralen bereiken al hoge temperaturen en het is te warm om in bed te blijven. Als we buiten komen, zien we rondom ons de prachtige bergen van Tafraout en wanen we ons op één grote jeu-de-boule-baan. Een harde ondergrond en bijna vlak. Vandaar al die Franse campers. Onze Franse buren staan hier al meer dan een week. We geven ze geen ongelijk. In de ochtend is het terrein één grote marktplaats, maar dan volgens een omgekeerd concept. De verkopers rijden naar de mensen en bieden hun waar aan. Er is een bakker op de fiets, die we overigens nog herkennen van de vorige keer, een vrouw die je was kan doen en tevens tajine maakt en bezorgt, een man die gebraden kip in de aanbieding heeft, iemand die arganolie verkoopt en er is een vrachtwagen die water verkoopt. Voor het lozen van grijs water en chemisch toilet is er een voorziening in de straat voor de stad vlak bij het terrein. De stad is op loopafstand te bereiken, maar voor de boodschappen hoef je dus de deur niet uit. De Franse buren vertellen ons dat de burgemeester de gratis kampeerplaats aan de andere kant van de weg heeft gesloten, omdat het versmeerde door de toeristen. De huidige grote plek, geschikt voor wel 150 campers, is nu gereguleerd en biedt voorzieningen. Wij staan er met zo’n 50 campers, iedereen op een behoorlijke afstand van elkaar en dus met veel privacy. Aan het eind van de middag maken we een wandeling. Onderweg zien we een groep nomaden. Hun tenten bestaan uit tentdoeken en plastic. We lopen door en komen bij een ‘zadel’ en kijken naar een enorme bergwand van roze graniet met toppen van 2000 meter. In de vallei loopt een rivier met één grote groene strook oase met dorpen. Een feest voor het oog!

Wandelen tussen roze graniet

04-03-2024 Taliouine

Vlak bij ons staan Dorris en Hans in hun Fiatbus met Pössl inbouw. Zoals zo vaak praten reizigers met elkaar over de reis en het vervoersmiddel. Gisteren hebben we al kennis met hen gemaakt. ‘We’re talking shit’, omdat we vandaag hun composttoilet bekijken, een belangrijke accessoire van de camper. Er zijn voor- en nadelen ten opzichte van een chemisch toilet. Jeroen heeft er al best veel over gelezen op internet. Een composttoilet is biologisch, is gemakkelijker schoon te houden, nummer 1 en 2 zoals de Engelsen het noemen, worden gescheiden opgevangen en nummer 2 hoeft niet vaak te worden geleegd. Een groot nadeel is de hoge prijs. Ondanks de dure aanschaf zijn Dorris en Hans tevreden over hun composttoilet. Hans is geïnteresseerd in onze Toyota HZJ78 en Jeroen nodigt hem uit om over het enorme terrein zelf in onze Toy te rijden, zodat hij voelt dat het totaal anders rijdt dan hun camper. Na de rit zegt Hans dat hij iets heeft om over na te denken. Onze reis van vandaag gaat richting het noorden over de RR106 waarbij we het dorp Igherm passeren. Wederom is het een prachtige rit met een gevarieerd landschap door de Anti-Atlas en we komen amper mensen tegen. Onderweg zien we regelmatig het bord ‘Tata’, maar dat bezoeken we een andere keer weer, inshallah. Even buiten Taliouine, de regio van de saffraan, overnachten we op een camping vlakbij de oude ‘Kasbah El Glaoui’. De motor is nog aan het draaien, of onze buurman staat likkebaardend en goedkeurend onze Toy te observeren. “Dat is toch de beste 4×4”, laat hij ons weten. Zelf rijdt hij in een Toyota Hilux met een kleine cabine. Ook niet slecht. Inmiddels heeft Jeroen de stoelen uitgeklapt en we feliciteren onszelf met een mooie dag en het waanzinnige uitzicht op de bergen. Nooit saai!

Voorjaar in Marokko en de ksar Aït Benhaddou

05-03-2024 Taboughamt, bivak in de zoutmijn

Lang blijven we niet in Taliouine. We hebben nog een lange weg te gaan naar Melilla, de Spaanse enclave in Noord Marokko. Vanuit deze plaats nemen we op 12 april de boot naar Almería in Spanje. Na een ‘vergadering’ van 3 minuten zijn we het er over eens dat we niet de lange route door de bergen nemen. Wel de kortere weg via de bekende ksar ‘Aït Benhaddou’. In 2005 hebben we destijds de piste gereden door de kloof en de dorpen in de oase. Met een 4x4terreinwagen was het te doen, op sommige trajecten ook wel uitdagend. Nu is de piste geasfalteerd en dat willen we wel zien. Eerst arriveren we bij de ksar. Vanaf de overkant kijken we op  ‘Aït Benhaddou’ en we zien voor het eerst heel veel toeristen. Niet zo vreemd, want de ksar is nog in tact, prachtig om doorheen te lopen, waardoor deze toeristische trekpleister niet mag ontbreken in de vakantiebrochures. De ksar is tevens een uitstekend decor voor westerns of Indiase films. In diverse films herkennen wij altijd direct het decor. Nadat we zijn uitgekeken, stappen we de auto in. De asfaltweg is beter dan de piste destijds, maar nog altijd even smal en we rijden gemiddeld 35 km/u. Het uitzicht doet ons opnieuw verwonderen. Prachtig! We herinneren ons dat voor de plaats Taboughamt een zoutmijn is. Een piste leidt ons de mijn in. De plek vinden we magisch door de zoutkristallen in de rivier en de kleine stenen huisjes bij de zoutveldjes. We worden omringd door bergen. Waar we ook kijken, elke blik op de gekleurde bergen is fotogeniek en het is moeilijk om te stoppen met het schieten van foto’s. Hier maken we een bivak. De herder met zijn geiten en schapen begroet ons en twee lieve honden komen ons gezelschap houden. We horen enkele vogels en voor de rest is het totaal stil. Dat wordt vast een rustig nachtje.

Bivak in de zoutmijn

06-04-2024 Azilal

In Azilal wonen onze vrienden Paul en Jamiaa en we brengen hen een bezoekje. Paul organiseert vanuit Marrakesh reizen met je eigen of een gehuurde 4x4terreinauto gedurende een week door het Atlasgebergte en van daaruit zuidwaarts naar de uitlopers van de Sahara met afwisselend steen, zand en rotswoestijn. Jamiaa verzorgt de maaltijden. Haar kookkunsten zijn fantastisch. Een unieke ervaring voor mensen die geen terreinwagen hebben en willen beleven hoe het is om in verschillende terreinen van Marokko te rijden. Neem gerust een kijkje op hun site: http://www.4x4marokko.nl Paul spreekt Nederlands en hij is altijd bereid om informatie te geven over de reis. We rijden de zoutmijn uit en twee mannen die bij de hoofdweg de N9 staan vragen een lift naar het volgende dorp, Telouet. We nemen hen mee. Eén van de mannen is de eigenaar van de zoutmijnen en hij heeft gezien dat we er hebben geslapen. Ina vraagt hem of de mijn nog in werking is en hij bevestigt dit. Uit een zak haalt hij een vuistgroot wit doorschijnend zoutkristal, geeft het aan haar en zegt dat ze het zout kan proeven. Inderdaad, het proeft naar zout. In Telouet stappen de mannen uit en ze bedanken ons hartelijk voor de lift. De weg naar Azilal duurt nog ruim 3,5 uur. Het landschap verveelt ons geen moment ondanks dat het bewolkt weer is in de bergen. Het weerzien met Paul en Jamiaa is hartelijk. We willen hen uit eten nemen naar een visrestaurant, maar Jamiaa heeft voor ons een tajine met couscous gemaakt. We smullen ervan! Na te hebben bijgekletst kruipen we voldaan de daktent in en we vallen als een blok in slaap.

Uitzicht op Azilal

07-04-2024 Imhiouach, bij Saadia & Mustapha

Na het afscheid van Paul en Jamiaa rijden we vandaag via ‘Barrage Bin El-Ouidane’ naar Imhiouach waar we zullen overnachten bij Saadia en Mustapha. Vorig jaar hebben we deze ‘Maison d’Hôte’ ontdekt. Zeer hartelijk werden we ontvangen door de eigenaren en we kijken er naar uit hen te verrassen met een bezoek van ons. Het wordt misschien een wat saai verhaal, maar wederom rijden we over smalle landelijke wegen door een mooie omgeving. Helaas is de lucht heiig en zijn de kleuren van de bergen wat flets. Aan het eind van de middag parkeert Jeroen de Toy voor de deur. Ina klopt aan en Saadia opent de deur. Ze herkent ons meteen en spontaan krijgen we een warme omhelzing. Voor het avondeten bestellen we een tajine en een salade. Het is heerlijk en veel te veel. Wat een verwennerij, temeer omdat we tijdens de ramadanperiode niet buiten de deur hebben kunnen eten.

Tajine met stoofvlees van Saadia

08-04-2024 Bivak bij Ermila

Vannacht hebben we uitstekend geslapen en na een uitgebreid ontbijt met Marokkaanse pannenkoeken met honing en boter in onze maag zwaait Saadia ons uit. Onze route gaat vandaag eerst door de bergen, vervolgens via Midelt naar de oase van Ermila voor een bivak. Wat zijn we verwend met 3 maanden lang blauwe lucht en vergezichten. De dikke mist die in de bergen hangt, maakt ogenblikkelijk een einde aan die verwennerij. Het zicht is op sommige plaatsen niet meer dan 30 meter en voorzichtig stijgen en dalen we over de niet al te brede weg. Het voelt zelfs koud aan in de auto en Jeroen zet de verwarming aan. Die hebben we niet voor niets. Als we de bergen uitrijden verdwijnt de mist en zien we het dal voor ons met een strakblauwe lucht. In deze tijd van het jaar is er ook veel groen te zien. We zeggen als zo vaak tegen elkaar:” Wat is Marokko toch mooi.” Vlakbij Ermila draaien we de N15 af en een piste op. Het is even zoeken, maar dan staan we naast de olijvengaard en zien we een gebergte in de verte met zelfs een streepje sneeuw op een top. Wat een prachtige plek en zo stil. We installeren ons en al gauw zitten we in de schaduw uit de wind. De stilte duurt niet lang. Twee mannen op een brommer rijden langs ons. “Bonjour!”, roepen we tegelijk naar elkaar. Ze spreken geen Frans, maar we begrijpen dat ze ons nodigen voor het avondeten. Wat lief! De uitnodiging is zeer aanlokkelijk, maar we slaan het aanbod toch af en de mannen rijden door. Na een paar minuten groeten vijf verlegen jongens van middelbare schoolleeftijd ons vanaf een afstand. Jeroen gebaart hen dichterbij te komen en hij geeft elke jongen een hand en vraagt naar hun namen. Ina krijgt ook een hand van hen. Het is steeds afwachten voor haar of mannen, al dan niet tijdens de ramadan, haar hand willen/mogen schudden. Eén van hen spreekt een klein beetje Engels en wil het graag met ons oefenen. Na een kort gesprek lopen de jongens naar het dorpje dat achter de heuvel ligt. Ina ziet verderop twee meiden wachten die te verlegen zijn om naar ons toe te komen. Ina zwaait naar hen en de meiden zwaaien bedeesd terug. Wat een verschil met de uitbundige kinderen in Senegal en Gambia! ’s Avonds eten we in de auto. Het waait behoorlijk en op 840 meter hoogte koelt het goed af. “Wat hebben we toch een knus huisje”, zegt Ina. Klein en oh zo fijn! Op 12 april vertrekt onze boot van Melilla naar Almería. Omdat we nog tijd genoeg hebben, blijven we een extra dagje op deze heerlijke plek. De eigenaar van de olijvengaard komt langs in zijn Mercedes Benz 200, een model uit 1980. Hij begroet ons hartelijk: “Bienvenue!” Hij vindt het prima dat we op zijn terrein staan. “Jullie mogen zo lang blijven als jullie willen”, voegt hij er nog aan toe. En ook hij nodigt ons uit om bij hem te eten. Wat ontzettend aardig. Ina legt hem uit dat het elders in Marokko voorkomt dat toeristen een klein bedragje betalen voor een overnachting op een terrein waarvan de eigenaar bekend is. Dat zou hier dus ook kunnen en wij zouden voor de gastvrijheid graag 10 dirham of zo betalen. De man luistert aandachtig en zegt met zijn hand op zijn hart: “Jullie zijn niet in Marokko, maar jullie zijn bij mij!” Zo lief. Weer krijgen we bezoek op dit ‘rustige’ plekje, dit keer van een schildpad. Hij wandelt naar de schaduw onder een struik en brengt er de dag door met totaal niets doen. Eigenlijk hetzelfde wat wij doen…. 🙂 De dag vliegt om. We voelen Europa dichterbij komen.

Bivak in de olijfgaard bij Ermila

10-04-2024 Kariat Arkmane

Vandaag rijden we naar onze laatste overnachtingsplaats in Marokko, ‘Camping Ocean View’. We kennen de camping van vorig jaar met naar de ene kant uitzicht op de Middellandse Zee en naar de andere kant op het middelgebergte. We rijden over de Route National tussen het Rifgebergte en het verlaten plateau ‘Rekkam’. Een eindeloze vlakte waar we vorig jaar en in 2020 doorheen zijn gereden en alleen toegankelijk is met een 4x4terreinwagen. Onderweg zien we mannen op het terras thee drinken. “Hè? Is de ramadan al voorbij?”, vragen we ons af. Dan zouden we eindelijk een nos-nos kunnen drinken. We laten de terrasjes voor wat het is en we rijden in één streep door naar de camping. Het voelt als vertrouwd, temeer omdat we op precies dezelfde plaats staan als vorig jaar.

11-04-2024 Melilla

In nog geen uur rijden we van de camping naar Nador. “De terrasjes zijn open! Eerst gaan we een nos-nos drinken, hoor”, zegt Ina beslist. “Ik ben er helemaal aan toe.” Jeroen is het er volkomen mee eens en in Nador parkeert hij pal voor een moskee. Blij lopen we naar het dichtstbijzijnde terras waar mannen elkaar ontmoeten en samen drinken. Vrouwen zien we wel, maar zij lopen alle terrasjes voorbij, blijkbaar de ‘no-go-area’ voor vrouwen. Ina neemt plaats naast Jeroen en niemand van de mannen kijkt haar vreemd aan. De nos-nos smaakt heerlijk en met onze laatste munten kunnen we totaal 4 nos-nos kopen. We kunnen ons geluk niet op. Tijdens de Ramadan is veel van de kenmerkende sfeer in de dorpen en steden weg en dus zijn we net zo blij als de andere terrasbezoekers dat alles weer ‘normaal’ is. Uitgebreid begroeten de mannen elkaar met omhelzingen en kussen. Vervolgens stroomt het terras weer leeg, omdat iedereen naar de moskee vertrekt. Een kwartiertje later is het terras weer vol. Na de koffie rijden we naar de grens van Marokko-Spanje. De douaneformaliteiten duren in totaal slechts drie kwartier. We rijden Melilla binnen en wanen ons van het ene op het andere moment in de westerse wereld. Marokko ligt definitief achter ons door een getrokken grenslijn met muren en prikkeldraad in Afrika. Het verschil is enorm, Melilla is zeer Spaans en er is geen spoortje van Marokko meer te ontdekken. We parkeren in de haven waar we overnachten en waar we de boot van Balearia al zien liggen. De klok zetten we twee uur vooruit vanwege 1 uur tijdsverschil met Marokko plus 1 uur zomertijd. “Laten we Melilla maar verkennen”, zegt Jeroen. Dat is een goed idee. Het is Spanje, dus de winkels gaan laat open. Gelukkig kunnen we terecht op één van de terrasjes waar we na 3,5 alcoholvrije maanden een wijntje nuttigen met Spaanse ham en kaas. Lekker hoor! Daarna verplaatsen we ons 30 meter verderop naar een restaurant, omdat we beiden geen zin hebben om te koken. Op de terugweg doen we nog een aantal boodschappen en we gaan op tijd naar bed. Wat heet ‘op tijd’. Voor ons doen is het nog te vroeg om te slapen, maar om een jetlag tegen te gaan, is het het beste om je direct aan de tijd aan te passen. “Welterusten, slaap lekker.”

12-04-2024 Cabo de Gata

Vannacht hebben we goed en best lang geslapen op de parkeerplaats. Het is handig om de dag van tevoren al bij de boot te zijn. In alle rust ontbijten we in de zon. De boot vertrekt op tijd en na 6,5 uur varen, arriveren we in Almería. In het donker rijden we 30 km naar het dorp Cabo de Gata voor de overnachting. Aan de rand van het dorp is een grote parkeerplaats aan zee waar we de Toy parkeren bij de vele witte campers. Het is niet de mooiste bivakplaats, wel heel praktisch als je laat in Almería aankomt.

13-04-2024 Torreblanca

Dinsdag willen we in Baron aankomen, vandaar dat we de komende dagen wat langere afstanden op één dag zullen afleggen. Ina appt naar Hester die in Torreblanca woont en waar we al enige keren in haar tuin hebben gestaan. Ze is thuis en ze vindt het leuk om elkaar weer te ontmoeten, dus we zijn van harte welkom. Bij een wit wijntje praten we bij en we besluiten hier twee nachten te blijven. Waarom ook niet. Het wordt morgen 26°C en daarom blijven we hier twee dagen.

15-04-2024 Nyons

Het was heerlijk om gisteren een dagje niet in de auto te zitten, maar juist in de zon te zitten en lekker niets te doen. Zeer aangenaam bij 26 graden. Vandaag hebben we weer een lange rit voor de boeg. We rijden naar Frankrijk. Als we de Spaanse grens zijn gepasseerd, zien we voor ons een blauwe lucht, maar worden we na maanden verrast door regendruppels uit een wolk boven ons. De ruitenwissers vegen de druppels van de voorruit. Het regent niet lang, het is gewoon een verfrissend buitje. Bij Bollène verlaten we de snelweg en rijden we naar het oosten richting de bergen en langs de Mont Ventoux. Hoewel we meteen kunnen doorrijden naar Baron, besluiten we in Nyons te overnachten in het centrum op de betaalde parkeerplaats, omdat Jeroen morgen bij de bouwwinkel ‘Weldom’ materialen wil kopen.  Net voordat het helemaal donker wordt, arriveren we op onze bestemming. De slagboom is open, Jeroen rijdt het terrein op, parkeert de Toy en opent de daktent. Ondertussen neemt Ina een kijkje bij de ingang. Ze leest dat je het terrein kunt verlaten als je een code hebt. Hiervoor moet je eerst inchecken met de auto door het kenteken in te toetsen in het apparaat en de auto moet dan voor de scanner bij de slagboom staan. Ze brengt Jeroen hiervan op de hoogte en zegt dat het beter is om terug te rijden. Zo gezegd zo gedaan. Jeroen neemt niet de moeite om de daktent in te klappen en rijdt achteruit totdat hij voor de geopende slagboom staat. Ina voert het kenteken in en er komt een ticket uit het apparaat. Betalen doen we als we weer uitchecken. Daarna rijdt Jeroen de auto weer terug. Het is geen gezicht om een Toyota met geopende daktent te zien rijden. We zijn slechts een uur van Baron vandaan, dus bijna thuis. Ondanks dit gegeven voelt het voor ons nog steeds als vakantie. Morgen verheugen we ons op een croissantje met koffie op het terras. Vandaag is het 24°C, morgen wordt het slechts 14°C. Wat een pech! De mistral, de koude harde wind uit het noorden komt eraan en blijft volgens het weerbericht zes dagen. Je kunt ook niet alles hebben. Gelukkig hebben wij twee houtkachels en voldoende haardhout voor zes warme avonden.

16-04-2024 Baron, chez nous!

Vandaag is het onze laatste reisdag en wel naar ons huis in Baron. De zon schijnt uitbundig. Echter ook de mistral waait behoorlijk en we kleden ons erop. Uit de kast vissen we een lange broek, een trui, sokken en een jas. We doen geen moeite om het ontbijt klaar te maken en in plaats daarvan wandelen we naar de bakker/patisserie en we eten een koffiebroodje met een noisette (espresso met een wolkje melk). Het lijkt wel vakantie in Nyons. Dat is voor ons bijzonder, want normaliter komen we hier al bijna 30 jaar om boodschappen te doen en de markt te bezoeken. Na het ontbijt doen we boodschappen. Oh ja, voor een winkelwagen heb je een munt nodig. Dat waren we even vergeten. Vervolgens rijden we naar de bouwmarkt. Het is net half 1 geweest en de winkel is dus gesloten zodat de medewerkers uitgebreid kunnen lunchen. Ook vergeten. Wat doen we? Wachten tot 2 uur? Nou nee, wij passen ons direct aan en we besluiten ook te lunchen bij de arcades in Nyons, buiten op het terras in de zon. Na een uur stappen we op, doen  boodschappen bij de bouwmarkt en we rijden in één uur naar Baron door de prachtige ‘Gorge de Saint-May’ en langs de rivier ‘l’Eygues’. Het valt ons op dat er van oever tot oever veel water in de rivier stroomt. Op de D116, onze 12 kilometer lange oprijlaan zoals wij zeggen, zien we hoe groen het is en de bomen van de kweeperen en appelbomen volop in bloei staan. Het wordt vast een goed fruitjaar, mits er geen vorst komt. Na de laatste bocht op de D116 slaan we rechtsaf, de beek de Armalause over en we zijn er. Na 109 dagen en 12216 km is de vakantie voorbij.

Lunch op het marktplein in Nyons

EPILOOG

De afgelopen 3,5 maand was voor ons een meer dan geslaagde reis door ontmoetingen met nieuwe vrienden, het bezoeken van interessante plaatsen en het probleemloos reizen met onze Dinky Toy. Tijdens onze vakantie in onze 4×4 plannen we niet van tevoren waar we gaan slapen. Meestal besluiten we een dag van tevoren waar we naar toe gaan. En als het plekje ons bevalt, blijven we er langer dan een nacht. Het heeft wel wat om verrast te worden waar we terecht komen. Als het maar goed voelt voor beiden. Per land zijn de mooiste bivaks: – Marokko: Dakhla, la Dune Blanche (dag 16) – Mauritanië: bij de monoliet Ben-Amera (dag 22) – Gambia: Baobabbos (dag 51) – Senegal: ‘DINKY TOY Ecolodge’ aan de Atlantische Oceaan in de Casamance (dag 59). Dank jullie wel voor het volgen van onze reis. De volgende reis is nog niet bekend, de ‘to-see-list’ is lang genoeg om een keuze te kunnen maken. Tot een volgende keer!

10 gedachtes over “Van Senegal weer naar huis

  1. Lieve Ina en Jeroen,Hartelijk dank voor jullie uitgebreide reisverslag !!Fijn dat jullie weer veilig thuis zijn !!We laten ons meevoeren met jullie prachtige foto’s en beeldende verhalen.Tot ziens !Lieve groet,Anne-Marie en WilfridVerzonden vanaf mijn Galaxy

    Geliked door 1 persoon

  2. Lieve Ina en Jeroen, bedankt voor de mooie reisverhalen. Wat geweldig dat de Dinky Toy het goed heeft gedaan tot in Baron. Zo mooi te horen van al die vriendelijke mensen onderweg. En de foto met die kinderen in Senegal. Geweldig! Heb weer genoten van jullie reis.

    xxx Sien

    Geliked door 1 persoon

  3. Hallo Ina en Jeroen, Wat een indrukwekkend verslag van jullie reis naar Senegal. Wij vonden woestijnen ook altijd zo facinerend en zijn blij dat we er vroeger ook heel veel verschillende gezien hebben. Ik weet niet waarom we van woestijnen houden.Oman,Namibië misschien de mooiste maar niet zo ruig als waar jullie waren. Jemen vergeet ik nooit meer en dat alles was wel zo’n 25jaar of langer geleden dat wij daar waren. Bedankt voor de prachtige foto’s maar wat was warm!!! Groetjes van ons beiden vanuit een behoorlijk fris frankrijk

    Geliked door 1 persoon

  4. Hoi Ina en Jeroen,

    Wat een mooie reis hebben jullie gemaakt.
    Leuk om jullie belevenissen op de manier te kunnen volgen.

    Hartelijke groet,
    Bettie Huisma


    Like

      • Goedenavond, terwijl ik dit schrijf zit ik aan het water in Bintang, bij de lodge. Wij hebben van Gieten naar Gambia gereden in een Mercedes viano. Met veel plezier en herkenning heb ik jullie blog gelezen. Onze blog is te vinden via roadtriptogambia.nl daar staat de link naar polarsteps. Jullie uit gieterveen, ik geboren in eexterveen, toch een bijzonder toeval! Groetjes willeke

        Like

      • Dag Willeke en Ton, leuk om van jullie te horen. We willen jullie gaan volgen via polarsteps, de aanvraag is gedaan. Wij doen ook polarsteps: Ina Latu 4x4Nomads
        Wij hebben een reizend bestaan sinds we 7 jaar geleden gestopt zijn met werken. In december zijn we even terug in Gieterveen en vertrekken 29 december voor een reis naar Indonesië, Vietnam en Thailand. Wellicht leuk om elkaar een keer te ontmoeten?
        Groeten van Jeroen en Ina.

        Like

    • Ja leuk! Dat mag wel bij ons. Adres: Veenakkers 41, 9511RB Gieterveen. Auto kan je parkeren helemaal achterin de tuin bij de carports.
      Heel leuk om jullie verhaal te horen, alhoewel we al veel meekrijgen via polarsteps. Een datumvoorstel laat ik aan jullie over, eerst maar eens landen.
      Mvg Jeroen en Ina.

      Like

Plaats een reactie